We schrijven op deze website veel over ‘onze’ Leendert den Berger, voormalige eigenaar van Brakestein. Maar wie ook het vermelden waard is, is zijn neef en tijdgenoot Adriaan Braak, die op Brakstein geboren werd en er opgroeide. Tot zeeheld nog wel!
Adriaan was de zoon van Anna en Jan Braak, die in 1737 trouwden en op Brakestein woonden. Anna en Jan waren neef en nicht, met een leeftijdsverschil van zo’n twintig jaar. Ze kregen drie kinderen: Sara (1740), Adriaan (1742) en Pieter (1746). In 1748 overleed Jan en stond Anna er alleen voor. Ze voedde haar zoontjes op tot marinemannen in de dop, met wat hulp van haar broer Gideon, die ook bij de marine was.
Adriaans carrière liep dan ook volgens plan, en in 1780, toen de Vierde Engelse Oorlog uitbrak, kreeg hij als kapitein-ter-zee het bevel over het schip Erfprins. Een jaar later, in augustus 1781, viel een Engelse vloot een Nederlands konvooi aan bij de Doggersbank. Ook het schip van Adriaan was daarbij. Een bloedige strijd volgde, waarna Nederland zichzelf uitriep als winnaar van de zeeslag.
De ‘helden’ van de Doggersbank werden alom gevierd. Medailles, eresabels, financiële beloningen, het kon niet op. Er verschenen boeken, gedichten en prenten over de zeeslag. Adriaan Braak werd benoemd tot vice-admiraal en ontving een gouden penning aan een oranje lint, een gouden medaille, een gegraveerd sabel, én het recht om een witte pluim op zijn hoed te dragen. Zo was hij overal herkenbaar als held.
Ondanks al dat eerbetoon schoot Nederland eigenlijk niet veel op met de overwinning bij de Doggersbank. Drie jaar later werd de vrede getekend en daarna brak er een politiek ingewikkelde periode aan, waarbij Adriaan het kamp van de patriotten koos, dus tégen stadhouder Willem V. Dat kwam hem duur te staan: hij werd uit Nederland verbannen en vluchtte in 1787 naar België en Noord-Frankrijk. Zijn ballingschap duurde tot 1795, toen na de Franse revolutie ook in Nederland de patriotten aan de macht kwamen. Adriaan kreeg zijn functie als vice-admiraal terug en kreeg het bevel over een eskader naar Suriname. Daar overleed hij in 1796 aan boord van zijn schip. Anna overleefde hem én haar andere kinderen; zij overleed pas in 1798, bijna 80 jaar oud.
Aan het portretje bij dit artikel, wat op zichzelf ook een voorbeeld was van de uitvoerige heldenverering na de Doggersbank, zit nog een mooi verhaal. Het is een originele prent uit 1782, dus uitgegeven als onderdeel van die heldenverering. Het kwam in 1998 in bezit van Thea Roodhuyzen, een nazaat van de familie Braak. Zij promoveerde op een proefschrift over marine-officieren in de laatst decennia van de achttiende eeuw. Haar promotor Jaap Bruyn, de bekende hoogleraar zeegeschiedenis uit Leiden, schonk haar het portret van Adriaan, en zij gaf het dit jaar door aan ons. Zo kwam ook Adriaan weer op Brakestein terecht, mét een mooi verhaal erbij. Een betere uitkomst is nauwelijks denkbaar.